Vijf generaties in een zaak is een unicum. Reden voor Henriëtte Elburg-Wuestenenk om de archieven in te duiken. Daarbij ontdekte ze dat haar familie al meer dan 100 jaar het kappers-vak uitoefent. Overgrootvader Evert Jan Wuestenenk stond namelijk al sinds 1 juli 1903 als barbier ingeschreven.
Evert Jan Wuestenenk (1873-1960) wilde zich in 1903 al vestigen in het huidige pand, maar dat kreeg geen goedkeuring bij de familie, waarna slager Jansen de Roos hem een ander pand aanbood. Evert Jan opende daar café Flora en bood onderdak aan pensiongasten, die bij de zuivelfabriek werkten. Deze werden geknipt en geschoren in het café, zodat hij ook als barbier werkzaam was.
Zoon Herman (1905-1995) kwam in de jaren ‘20 als tweede generatie helpen in de zaak, evenals ‘kleine’ Herman Voskamp, die opgroeide bij de familie. In 1928 verhuisde het bedrijf alsnog naar de tegenwoordige plek aan de Spalstraat 2, vanaf toen alleen een kapperszaak. Evert Jan bleef tot zijn dood actief, hij knipte vaak klanten buitenshuis.
Met Jan Wuestenenk (1936) kwam eind jaren ‘50 de derde generatie als kapper. Jan kan het zich nog goed herinneren: “Na mijn dienstperiode kwam ik met mijn vrouw Alie in de zaak en heb ik nog een paar jaar met mijn opa gewerkt. Hij werkte ook buitenshuis, ging naar het rusthuis aan de Kastanjelaan om daar de oudjes te scheren en te knippen. Met mijn vader ging ik later naar de gasten van het Hoge Land op ‘t Regelink. Ik mocht inzepen, vader deed het scheren. In de oorlog gingen opa en vader naar ‘t Kervel om onderduikers te knippen. “
Met de komst van Alie en zus Mientje Wuestenenk kwamen de dames in de kapsalon, waar inmiddels ook parfum- en rookartikelen, sieraden en allerlei andere artikelen werden verkocht. Ook was het een bekend adres voor toto- en lottoformulieren en hingen de uitslagen van voetbalclub Pax aan het raam van de kapperszaak. Een bekend verzamelpunt op de zondagmiddag rond een uur of vijf.
Aangezien het steeds drukker werd en ouders en grootouders een dagje ouder werden, was het een logische stap dat Henriëtte Wuestenenk (1964) in 1991 als vierde generatie in de zaak kwam en mede-eigenaar werd. Enkele jaren later ging haar moeder Alie wat naar de achtergrond. Sinds maart 2020 is Jan Wuestenenk gestopt met knippen. De kapsters hebben de werkzaamheden van Jan overgenomen. In september 2022 is Jan Wuestenenk overleden.
In 2015 kwam Malou Rietman (1991) als vijfde generatie de gelederen versterken. Ook de dochter van Henriette, Silke Elburg, is inmiddels geslaagd voor haar diploma dames- en herenkapper. Henriëtte is blij met de twee: “De kapsalon blijft daardoor in de familie, al heb ik een hartstikke leuk team met naast onszelf natuurlijk de kapsters Inge en Amber. Bij ons staat de gemoedelijkheid altijd voorop, het dorpse karakter. Klanten krijgen hier soms een kop soep, waar vind je dat nog? Dat moet ook zo blijven.”
